a

O

oc

Voorbereidîngen voor 

stroomvoorziening

Indien  het  deksel  van  het  batterijvak  loskomt

El

Schuif het deksel horizontaal terug op zijn plaats.

Verwijderen van de batterijen B

Duw  de  batterijen  omhoog  in  de  richting  van  de  piji  en 

neem deze uit.

Gebruik van droge batterijen

(niet bijgeleverd)

Verwijder  de  stekker  van  de  netspanningsadapter  uit  het 

stopcontact  en  plaats  twee  LR

6

,  AA,  UM-3  alkaline- 

batterijen in het batterijvak.

De 

droge 

batterijen 

worden 

op 

dezelfde 

wijze

geplaatst en verwijderd als opiaadbare batterijen.

Opmerking

Vervang  de  droge  batterijen  alleen  wanneer  het  appa- 

raat is uitgeschakeld.

Batterij-indicator 

B

@ Batterij-indicator

Deze  indicator  begint  te  knipperen  wanneer  de  batterijen 

bijna  leeg  zijn.  Na  een  korte  tijd  wordt  de  spanning  heie- 

maal uitgeschakeld.

Opiaadbare batterijen:

Laad de batterijen opnieuw op.

Droge batterijen: Vervang de batterijen door nieuwe.

Opmerkingen

•  De  tijd  dat  het  apparaat  blijft  afspelen  voordat  het  wordt 

uitgeschakeld  nadat  de  indicator  begonnen  is  met  knip­

peren,  is  afhankelijk  van  het  soort  batterijen  dat  wordt 

gebruikt.

•  Indien  andere  dan  de  door  Panasonic  voorgeschreven 

opiaadbare  batterijen  worden  gebruikt,  zal  de  batterij- 

indicator mogelijk niet knipperen.

Gebruik van de auto-adapter

(niet bijgeleverd)

Koop  de  los  verkrijgbare  auto-adapter  (SH-CDC9).  Met 

de  auto-adapter  kunt  u  de  batterijen  van  het  apparaat  in 

uw auto opladen.

Indien 

het 

apparaat 

tijdens 

het 

gebruik 

niet 

juist

werkt 

of 

stop, 

moet 

u 

de 

stroombronnen

(netspanningsadapter 

of 

batterijen) 

verwijderen.

Sluit 

daarna 

de 

stroombron 

opnieuw 

aan 

en

probeer.